In plaats van ‘het bestrijden van een brand op een zo veilig mogelijke manier’ moet het bij branden, waarbij geen personen in gevaar zijn, primair gaan om ‘veilig optreden en zien wat er dan nog aan brandbestrijding te doen is’ (bron).
Als je het nieuws rondom de brandweer een beetje in de gaten hebt gehouden dan valt jou misschien hetzelfde op als mij. De brandweer ligt onder vuur en moet aan alle kanten bezuinigen en taken afstoten.
Laatst hoorde ik bijvoorbeeld nog dat ze de brandveiligheidschecks bij bedrijven af gaan schaffen omdat ze weinig meerwaarde hebben en de bedrijven het zelf maar moeten regelen. Bedrijven zijn daar helemaal niet mee bezig en hebben de kennis helemaal niet in huis om te checken of ze brandveilig zijn.
Bezuinigingen op de brandweer gaan mensenlevens kosten en waarschijnlijk niet zo’n beetje ook. De conclusie dat ze alleen maar in moeten grijpen als er mensenlevens in gevaar zijn komt voort uit het onderzoek naar de dood van een brandweerman in Veendam. Een uitermate ongelukkig ongeval voor de brandweerman (en zijn familie) maar wel een risico van dit vak. De taak van de overheid is om de burger te beschermen, daarbij moet je niet kort door de bocht bezuinigen op de brandweer. Nee, je moet zelfs meer dan genoeg middelen beschikbaar stellen zodat zij hun werk veilig kunnen doen.
Je zou toch denken dat na grote rampen als Enschede en Volendam er aandacht is voor de brandweer. Blijkbaar heeft de overheid de verzakelijking van de brandweer ingezet en moeten zij ook hun steentje bijdragen aan het tekort van de schatkist.
Een slechte ontwikkeling, natuurlijk moet de brandweer zo efficiënt mogelijk werken, daar zijn echt nog wel wat slagen te slaan. Maar begin eens met de vermindering van de managementlagen en de bureaucratie en laat de brandweerman gewoon zijn werk doen.
Ik zeg: meer rood op straat en een hart onder de riem van alle brandweermannen. Misschien is de veramerikanisering zo’n slecht idee nog niet, daar zijn de brandweermannen tenminste nog helden.