Een kwart van de kinderpornoverspreiders is tussen de 12 en 24 jaar oud. Dat blijkt uit een onderzoek van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL) naar cybercrime…Het verspreiden van seksueel getint beeldmateriaal om bijvoorbeeld een klasgenoot een loer te draaien, is volgens Stol een oorzaak van het grote percentage jongeren. ”Het blijkt dat de jeugd toch op een vervelende manier actief is”, aldus Stol. Toch vraagt hij zich af of de jongeren altijd in het strafrechtelijk circuit moeten komen. ”Ze gedragen zich grensverkennend. Vaak gaat het om pesterijen.” (bron)
Hoewel het in eerste instantie misschien niet bij je opkomt dat kinderen voor een kwart verantwoordelijk zijn voor de verspreiding is het eigenlijk niet zo vreemd. Kinderen beginnen steeds jonger met hun verkenningstocht en daar maakt internet ook deel vanuit. Kijk maar eens naar de gemiddelde Hyves-site en de foto’s die daarop staan. Dat kon je 20 jaar geleden niet bedenken, je dochter van 14 in haar bikini op de foto die voor de hele wereld te bekijken is. Nu lijkt dat heel normaal, zeker onder de kinderen. Ouders zullen zich nog wel eens op hun lip bijten als ze erachter komen.
Het lijkt er op dat de jeugd er gewoon een stuk makkelijker mee omgaat, het is een soort van exhibitionisme die de “ouderen” onder ons waarschijnlijk nooit gaan begrijpen (en ja, in dit geval moet ik me toch onder de ouderen scharen). Op de één of andere manier moeten kinderen veel meer bewust gemaakt worden van de gevaren, maar dan moeten ze het zelf eerst wel als gevaar gaan zien. De overheid start allerlei mooie campagnes op voor veel minder interessante onderwerpen, hier mogen ze wat mij betreft de komende tijd echt wat actiever achteraan gaan. En nee de overheid hoeft hier de rol van de opvoeder niet volledig op zich te nemen, ook de ouders zelf en de scholen moeten hier een rol in vervullen.
Daar zit hem natuurlijk ook een groot knelpunt. De ouders zelf zijn digibeten en zien de gevaren niet, veel ouders kunnen hun eigen kind waarschijnlijk niet eens vinden op Hyves laat staan dat ze ze erbij kunnen helpen. Nee, er is denk ik nog een lange weg te gaan en we zullen waarschijnlijk nog vele malen berichten tegenkomen over kinderen die hiermee geconfronteerd worden.